Feestje- of Schijn der Democratie?
Zijdelings volg ik vanavond ook het CDA lijsttrekkersdebat, ondanks dat ik geen lid of CDA-stemmer ben, politiek heeft immers wel mijn interesse.
Sommigen herinneren zich wellicht nog het CDA congres van 2010 waarin samenwerken met de PVV het agendapunt was. Dit werd ondanks de verhitte discussie en af en toe wat chaos door sommige CDA-ers 'het feestje van de democratie genoemd'. Want: ze gingen weliswaar iets doen waar veel (van de eigen-)mensen het aanvankelijk niet mee eens waren, maar men sprak er samen over, dus dat was een feest.
Daar kun je natuurlijk van alles, in positieve en negatieve zin, over opmerken. We zijn inmiddels 10 jaar verder en de vraag opnieuw stellen is daarom geen overbodige luxe. In de (sociale-)media waren de reacties aanvankelijk positief: het CDA durft het aan! En, wat mooi: een lijsttrekkers debat met zulke verschillende kandidaten!
Maar daarbij valt een kanttekening te maken: de meeste ledenpartijen kennen een structuur met vele, vaak intern-democratisch gekozen, vertegenwoordigers die onder andere partijbeleid én ook politiek beleid zoals verkiezingsprogramma's schrijven. En het debat dreigde vanavond toch vaak te 'ontsporen' richting behoorlijk specifieke politieke thema's. De legitieme vraag is dan ook: hoe relevant is dat eigenlijk? Immers: het CDA kiest een lijsttrekker. Niet een nieuwe programmaschrijver of beleidsmedewerker. Natuurlijk is het interessant te weten hoe potentiële lijsttrekkers tegenover bepaalde politieke thema's staan. Maar ze hebben er feitelijk niet het laatste woord over. Iets scherper: wat zegt zo'n debat in praktijk dan?
Regelmatig is er kritiek op politici, links tot rechts, de te veel identiteitspolitiek zouden bedrijven om zichzelf te presenteren. Ik durf het best om te draaien. Is een lijsttrekkersdebat niet bij uitstek de plek om dit juist wél te doen? Is een lijsttrekkersdebat niet misschien wel enige plek waarin een (lichte-)focus op het begrip identiteit, zowel als persoon en als partij, wél gewenst is?
Want zeg nu zelf: een politiek inhoudelijk debat tussen mensen die hier niet het laatste woord over hebben? Is dát nu niet juist weer de ongewenste vorm van identiteitspolitiek in optima forma?
Het probleem zit hem dan ook vooral in deze patstelling: het op inhoudelijke politiek kiezen van een lijsttrekker lijkt heel democratisch maar zet daarmee een hele interne partijdiscussie over de koers ófwel buitenspel ófwel geeft het duw in een bepaalde richting. Beantwoord eens deze slotvraag: hoe democratisch is het nu eigenlijk als één politiek leider zo veel (on)bedoelde macht binnen één partij heeft of door deze omstandigheden krijgt?
En daar heb je de paradox: dit soort dingen lijken heel democratisch. Ze lijken vooral democratisch voor de niet-partijleden van de bewuste partij. Maar feitelijk moet een intern feestje van de democratie er aan geloven om naar buiten toe democratisch te lijken.
Op persoonlijke titel, juli 2020
Sommigen herinneren zich wellicht nog het CDA congres van 2010 waarin samenwerken met de PVV het agendapunt was. Dit werd ondanks de verhitte discussie en af en toe wat chaos door sommige CDA-ers 'het feestje van de democratie genoemd'. Want: ze gingen weliswaar iets doen waar veel (van de eigen-)mensen het aanvankelijk niet mee eens waren, maar men sprak er samen over, dus dat was een feest.
Daar kun je natuurlijk van alles, in positieve en negatieve zin, over opmerken. We zijn inmiddels 10 jaar verder en de vraag opnieuw stellen is daarom geen overbodige luxe. In de (sociale-)media waren de reacties aanvankelijk positief: het CDA durft het aan! En, wat mooi: een lijsttrekkers debat met zulke verschillende kandidaten!
Maar daarbij valt een kanttekening te maken: de meeste ledenpartijen kennen een structuur met vele, vaak intern-democratisch gekozen, vertegenwoordigers die onder andere partijbeleid én ook politiek beleid zoals verkiezingsprogramma's schrijven. En het debat dreigde vanavond toch vaak te 'ontsporen' richting behoorlijk specifieke politieke thema's. De legitieme vraag is dan ook: hoe relevant is dat eigenlijk? Immers: het CDA kiest een lijsttrekker. Niet een nieuwe programmaschrijver of beleidsmedewerker. Natuurlijk is het interessant te weten hoe potentiële lijsttrekkers tegenover bepaalde politieke thema's staan. Maar ze hebben er feitelijk niet het laatste woord over. Iets scherper: wat zegt zo'n debat in praktijk dan?
Regelmatig is er kritiek op politici, links tot rechts, de te veel identiteitspolitiek zouden bedrijven om zichzelf te presenteren. Ik durf het best om te draaien. Is een lijsttrekkersdebat niet bij uitstek de plek om dit juist wél te doen? Is een lijsttrekkersdebat niet misschien wel enige plek waarin een (lichte-)focus op het begrip identiteit, zowel als persoon en als partij, wél gewenst is?
Want zeg nu zelf: een politiek inhoudelijk debat tussen mensen die hier niet het laatste woord over hebben? Is dát nu niet juist weer de ongewenste vorm van identiteitspolitiek in optima forma?
Het probleem zit hem dan ook vooral in deze patstelling: het op inhoudelijke politiek kiezen van een lijsttrekker lijkt heel democratisch maar zet daarmee een hele interne partijdiscussie over de koers ófwel buitenspel ófwel geeft het duw in een bepaalde richting. Beantwoord eens deze slotvraag: hoe democratisch is het nu eigenlijk als één politiek leider zo veel (on)bedoelde macht binnen één partij heeft of door deze omstandigheden krijgt?
En daar heb je de paradox: dit soort dingen lijken heel democratisch. Ze lijken vooral democratisch voor de niet-partijleden van de bewuste partij. Maar feitelijk moet een intern feestje van de democratie er aan geloven om naar buiten toe democratisch te lijken.
Op persoonlijke titel, juli 2020